Lading verwisseling in huiftrailers
In een weekend wordt supermarkt leeggehaald omgedoopt van Konmar tot Albert Heijn. Deel van de operatie is vervangen van alle oude koeltoonbanken waarin normaal o.a. het verse vlees ligt. Op een zaterdag word de voorraad van de winkel leeg gehaald en ook de oude toonbanken worden uit de winkel verwijderd. De oude toonbanken worden geladen in een huiftrailer en met als eindbestemming te worden vernietigd in een shredder installatie.
In de week die daarop zou volgen, zou de nieuwe voorraad alsmede de nieuwe toonbanken worden geïnstalleerd. De nieuwe toonbanken waren inmiddels de vorige week al door het bedrijf geladen in Zweden en stonden nu keurig geladen in een huiftrailer met nummer 507 op de zaak. De oude toonbanken die in het weekend waren geladen bij de winkel, stonden nu inmiddels ook op de zaak, te weten in huiftrailer 508. Trailer 507 en 508 lijken niet alleen qua nummer op elkaar, ook zien ze er nagenoeg van buiten hetzelfde uit. Ze worden beide vaak ingezet voor het vervoer van toonbanken.
Op een maandagmorgen begint chauffeur A aan zijn rit naar de shredder. Op de vrachtbrief staat dat hij met oplegger 508 naar de shredder installatie moet rijden. In het donker koppelt hij per abuis de verkeerder oplegger 507 aan. Twee uur later wordt de lading, de NIEUW toonbanken, gelost. Nog diezelfde dag wordt de lading, de NIEUW toonbanken, vernietigd door de shredder.
Op dinsdag morgen begint chauffeur B aan zijn rit naar de winkel. Op de vrachtbrief staat dat hij met oplegger 507 naar de winkel moet rijden. Oplegger 507 blijkt er niet meer te zijn, wel staat er nog oplegger 508 met de oude toonbanken. Binnen een uur voltrekt zich een ramp als bekend wordt dat er zich een lading verwisseling heeft plaatsgevonden.
De klant stelt de vervoerder aansprakelijk voor zowel de zaakschade als de vervolgschade. Er moeten met spoed nieuwe koeltoonbanken uit Zweden worden gehaald, uiteindelijk loopt de oplevering van de winkel ook enkele weken vertraging op. De totale schade gaat richting een halve miljoen.
De vervoerder is echter op basis van de AVC conditie maar beperkt aansprakelijk te weten, € 3,40 per kg en de vervolgschade is beperkt tot aan het vrachtbedrag (€ 500). De opdrachtgever vind dat er sprake is van bewuste roekeloosheid en start een gerechtelijke procedure.
De rechter vonnist in het voordeel van de vervoerder. Naast het feit dat bewuste roekeloosheid niet kan worden bewezen (het was een onbewuste fout, een verwisseling) verwijt de rechter de opdrachtgever zelf van roekeloos gedrag.
Het blijkt dat de vervoerder de opdrachtgever al eens in het verleden heeft gewezen op het feit dat de verzekerde waarde (3.40 per kg) niet in verhouding staat met de veel hogere waarde van haar goederen. De opdrachtgever blijkt uiteindelijk de schade ook zelf niet te kunnen dragen en gaat uiteindelijk failliet.
Het inschatten van risico’s en aansprakelijkheid in de keten is ontzettend belangrijk en kan als het fout gaat verstrekkende gevolgen hebben.
Downloaden:
AVC condities
CMR condities
Bron:
Stichting vervoeradres
|